Het ontwerp van sporthalverlichting heeft door de verschillende activiteiten diverse factoren om rekening mee te houden. Spelers kijken vaak op bij balsporten, bijvoorbeeld om de bal te lokaliseren. Hoogwaardige lamellen en verschillende lichtverdelingen zijn een grote hulp bij het realiseren van verblindingsvrij, veelzijdig licht.
Hoe kleiner en sneller de bal is, hoe meer licht er nodig is. Zo kunnen de meeste balsporten gespeeld en bekeken worden met 200 lux, terwijl squash of tafeltennis 300 lux nodig heeft. Voor wedstrijden kan de aanbevolen verlichtingssterkte oplopen van 500 tot 750 lux.
Het licht moet homogeen zijn, daarom zijn lineaire verlichtingsarmaturen in doorlopende lijnenpatronen een goede keuze om gelijkmatige verlichting te verkrijgen. Sporthalverlichtingsarmaturen dienen stootvast te zijn, zodat de armaturen niet beschadigd raken tijdens trainingen of wedstrijden en sporters niet geraakt kunnen worden door onderdelen.
Er zijn lagere verlichtingssterktes gewenst indien avondevenementen in de sporthal gehouden worden en eventueel hogere bij bijvoorbeeld het afnemen van examens, waar een verlichtingssterkte van 500 lux nodig is. Sportfaciliteiten kunnen worden gescheiden door scheidingswanden zodat verschillende sporten in verschillende zones worden beoefend. Dit vraagt om een efficiënt lichtmanagementsysteem, dat ingesteld is met verschillende verlichtingssterktes. Het toevoegen van sensoren voor aanwezigheidsdetectie zal verder bijdragen aan het minimaliseren van het energieverbruik, overmatig gebruik van sporthalverlichting zonder noodzaak kan onnodig hoge energiekosten geven.
Verlichtingseisen in EN 12464-1
Type of task / activity area |
Lux-level (Em) |
Glare rating (UGRL) |
Uniformity (U0) |
Colour rendition (Ra) |
Em,z | Em,wall | Em,ceiling | Specific requirements |
|
required | modified | U0 ≥ 0,10 | |||||||
Sports halls, gymnasiums, swimming pools | 300 | 500 | 22 | 0,60 | 80 | 100 | 75 | 30 | These requirements are only applicable for schools |